Overslaan en naar de inhoud gaan

Aandacht voor hersenletsel

Gepubliceerd op: 17 februari 2015

Door ziekte of een ongeval kan iemand blijvend hersenletsel oplopen. Dit heet niet-aangeboren hersenletsel, kortweg NAH. Naar schatting overkomt het jaarlijks ruim 100.000 Nederlanders. Neuroloog Pieter Vos vertelt erover.

Hersenletsel ontstaat vaak door een ongeval of een CVA (herseninfarct of hersenbloeding). Andere oorzaken zijn onder meer infectieziekten en zuurstofgebrek. De gevolgen van niet-aangeboren hersenletsel verschillen van persoon tot persoon en ook de mate waarin. Problemen die voorkomen zijn onder meer: verlamming en moeilijker bewegen, concentratieproblemen, vermoeidheid, overgevoeligheid voor prikkels, geheugenproblemen, slaapproblemen, vertraagd denkvermogen, epilepsie en verandering van karakter en gedrag. Deze gevolgen kunnen zeer ingrijpend zijn voor de persoon zelf, maar zeker ook voor zijn of haar naasten. “De laatste jaren is er steeds meer aandacht voor deze grote groep mensen met niet-aangeboren hersenletsel. Dat is een goede zaak”, zegt neuroloog Pieter Vos.

Acute patiënten

De hersenen zijn het vakgebied van de neurologie. “Hersenletsel ontstaat meestal plotseling, waardoor acute zorg nodig is”, vertelt Pieter Vos. “Onze eerste zorg richt zich erop om blijvend hersenletsel te voorkomen of tot een minimum te beperken. Daarom is die eerste zorg in het ziekenhuis heel goed georganiseerd. We werken nauw samen met andere specialisten, bijvoorbeeld de chirurgen, die de eerste opvang van traumapatiënten doen. 

Ook de Spoedeisende Hulp, de Radiologie en de verpleegkundigen spelen een belangrijke rol. De onderlinge samenwerking is in dit ziekenhuis heel goed afgestemd, om deze acute patiënten zo snel mogelijk de juiste zorg te kunnen bieden.”

Voor patiënten met een herseninfarct is tegenwoordig een effectieve behandeling, waarmee blijvende schade kan worden voorkomen of op zijn minst worden beperkt. Pieter Vos legt uit: “Dat is de intraveneuze trombolyse: via een bloedvat wordt medicatie ingebracht die het stolsel oplost dat het infarct veroorzaakt. Als dat onvoldoende lukt, hebben we sinds kort een nieuwe mogelijkheid om het stolsel toch weg te krijgen. Dat is de intraarteriële trombolyse. De patiënt gaat hiervoor naar ziekenhuis Rijnstate in Arnhem. Hierbij beweegt de specialist via de slagader in de lies een catheter naar de halsslagader en wordt de medicatie tot dicht bij het stolsel gebracht.” Om effect te hebben, moet de behandeling zo snel mogelijk plaatsvinden. “Zoek bij klachten die kunnen duiden op een CVA direct medische hulp”, pleit Pieter Vos. “Het kan het verschil maken tussen probleemloos verder leven of blijvend gehandicapt zijn.”

Blijvend hersenletsel

Ondanks alle goede acute zorg zijn er toch nog veel mensen die blijvend hersenletsel (niet-aangeboren hersenletsel) overhouden aan een ongeval of  ziekte. Deze mensen hebben vaak professionele begeleiding nodig om hun leven zo in te richten dat zo goed mogelijk te leven is met de beperkingen. Hierin is een belangrijke rol weggelegd voor de revalidatie-arts, de revalidatiecentra en zorgorganisaties die deze mensen verder begeleiden.

“Helaas bestaat er nog steeds geen medicatie die de opgelopen schade in de hersenen kan repareren”, zegt Pieter Vos. “Wel zijn er recente belangrijke ontwikkelingen binnen de wetenschap waarin bijvoorbeeld stamcellen in het laboratorium veranderd worden in zenuwcellen. De verwachtingen hiervan zijn hoog. Maar er moet nog veel onderzoek worden gedaan.”

Neuroloog

Wat kan de neuroloog betekenen voor mensen die zich afvragen of ze een niet-aangeboren hersenletsel hebben? “Deze mensen doen er soms goed aan om een neuroloog te bezoeken”, zegt Pieter Vos. “Vaak zijn mensen met een niet-aangeboren hersenletsel in de acute fase al in contact zijn geweest met een neuroloog. Maar de neuroloog kan ook in een latere fase iets voor een patiënt betekenen. Denk hierbij aan neurologisch onderzoek, functieonderzoeken van de hersenen (EEG, hersenfilmpje), neuropsychologisch onderzoek en beeldvormende onderzoeken (MRI-scan). De neuroloog voegt al deze informatie samen en stelt samen met de revalidatiearts een individueel behandelplan op.” Pieter Vos vervolgt: “De neuroloog kan ook bepalen of het echt om niet-aangeboren hersenletsel gaat of dat er iets anders in het spel is. Als iemand niet goed functioneert of onvoldoende herstelt, kunnen er ook andere oorzaken zijn. Denk aan pijn, somberheid of zorgen over de toekomst. Blijkt dat het geval, dan ligt daar de oplossing van het probleem. Als iemand toch hersenletsel blijkt te hebben, helpen we deze persoon verder op weg om hierbij de juiste begeleiding te vinden. Ook bij lange termijn complicaties zoals (litteken)epilepsie of bewegingsstoornissen blijft de  neuroloog behulpzaam. Wij staan open voor alle vragen.”

Laatst bijgewerkt op: 17 februari 2022

Slingeland Ziekenhuis

Anatomie: hersenen, wervelkolom en zenuwstelsel

Logopedisten Dirk Berghuis en Lisa van Asten. ©foto: Marcel Rekers
Door logopedie weer kunnen slikken en praten