Anatomie van de wervelkolom
Gepubliceerd op: 15 februari 2022De wervelkolom bij de mens begint net onder de schedel, en loopt door tot en met het stuitje. Deze kolom bestaat uit 26 onregelmatige botten waarvan 24 wervels zijn. Het bekken, de ribben en de schouderbladen zijn verbonden met de wervelkolom. Het hoofd steunt op de wervelkolom, en de wervelkolom steunt op het bekken.
In de kolom van opgestapelde wervels zit in het midden een opening die samen het wervelkanaal vormen. Door het wervelkanaal loopt het ruggenmerg en een belangrijke bundel van zenuwen. De functie van de wervelkolom is stabiliteit geven aan het lichaam en tegelijkertijd bewegingen als buigen en draaien mogelijk maken. De wervelkolom heeft een dubbele S-vormige kromming.
Wervelkolom
De wervels zijn kleine botjes met een opening in het midden die bovenop elkaar gestapeld zijn. De hele wervelkolom bestaat uit:
- 7 nekwervels (cervicale gedeelte).
- De bovenste nekwervel heet ‘Atlas’ en deze draagt het hoofd en zorgt dat u kunt knikken met het hoofd (ja-beweging).
- De tweede nekwervel heet ‘Draaier’ (Axis) en deze zorgt ervoor dat we het hoofd kunnen schudden (nee-beweging).
- 12 borstwervels (bovenrug, dorsale of thoracale gedeelte).
De wervels zijn verbonden met 12 ribben. Deze beschermen veel belangrijke organen zoals de longen en het hart. - 5 lendenwervels (onderrug, lumbale gedeelte).
Dit zijn de grootste en sterkste botten in de wervelkolom en ze ondersteunen het lichaam. - Het heiligbeen.
Dit zijn 5 vergroeide wervels. Het beschermt de organen in het bekken. - Het staartbeentje (stuitje).
Dit zijn 4 vergroeide wervels en het hangt aan het heiligbeen.
Tussen elke twee wervels zit een tussenwervelschijf van zachter materiaal, die ervoor zorgt dat de wervels soepel bewegen en niet snel afslijten. Aan de achterzijde van een wervel zit een ‘doornuitsteeksel’. Dit voelt u op de rug als de ruggengraat.
De naamgeving voor de individuele wervels wordt in vaktaal afgekort tot:
- C1 t/m C7 voor de nekwervels;
- T1 t/m T12 of Th1 t/m Th12 voor de borstwervels;
- L1 t/m L5 voor de lendenwervels.
Ruggenmerg
Aan de binnenzijde van de holle wervelkolom zit het ruggenmerg (medulla spinalis). De wervelkolom beschermt het ruggenmerg. Vanuit het ruggenmerg komen de zenuwwortels die naar de armen, borstkas en benen lopen. Door het ruggenmerg worden prikkels geleid en verbindingen gemaakt naar de hersenen en de rest van het lichaam. De zenuwen in het ruggenmerg verbinden het lichaam en de hersenen. Ze geven bijvoorbeeld pijnsignalen door aan de hersenen. En ze geven opdrachten door voor bewegingen naar de spieren. Het enige deel van het lichaam dat zonder ruggenmerg zou kan bewegen is het gezicht.
Dura en hersenvocht
Rondom het ruggenmerg ligt hersenvlies, de dura. Tussen de dura en het ruggenmerg zit een vloeistof, het hersenvocht, ook wel liquor of spinocerebellaire vloeistof genoemd. Dit is een heldere vloeistof die zich in en om de hersenen en het ruggenmerg bevindt. De functie van dit vocht is om als schokdemping te dienen. Daarnaast zorgt het voor het vervoer van voedingstoffen en afvalstoffen.
Laatst bijgewerkt op: 02 februari 2024